De Hoevelakense molen(s)
In het voorjaar van 2019 kreeg de Stichting Historisch Hoeflake via de website twee vragen over Hoevelakense molenaars. Mensen die onderzoek doen naar hun voorouders ontdekken, dat één van hun verre familieleden molenaar is geweest in Hoevelaken. Het gaat om Andries Winterberg, in Hoevelaken molenaar van 1695 tot 1707, en Harmen Teunissen Tijsseling, die van 1773 tot mei 1781 de molen beheert en de bedrijfsvoering later overdoet aan, waarschijnlijk, zijn neef Teunis Tijsseling. Deze neef zet het werk voort tot 1804. Historisch Hoeflake heeft met beide onderzoekers contact gehad, maar hen helaas niet veel verder kunnen helpen met hun vragen. Er zitten te veel gaten in hetgeen de kenners over de Hoevelakense molen en hun molenaars te weten zijn gekomen.
De gestelde vragen vormen echter wel een mooie gelegenheid, om aandacht aan de Hoevelakense molen, een Windt-Koorn-Mole, zoals beschreven in de historische stukken, en een aantal van hun molenaars te besteden.
Volgens de beschrijving van Aart Veldhuizen in zijn boek Hoevelaken 1132 – 1982 bevindt de molen zich aan de noordzijde van de Dorpsstraat, ongeveer op de plaats van de parkeerplaats bij Huize Hoevelaken. Onbekend is, wanneer de molen is gebouwd, maar op een kaart uit 1692 staat een molen afgebeeld tegenover boerderij Leijenhorst.
Later wordt de molen verplaatst naar de zuidzijde van de Dorpsstraat, het huidige Mulderslaantje. Het is niet bekend wanneer die verplaatsing heeft plaatsgevonden. Wel is bekend hoe de molen er uitziet: een achtkantige, met riet gedekte stellingkorenmolen op een stenen voet.
Rond 1740 gaat de familie Wacker het beheer over de molen voeren. De familie krijgt het niet alleen druk met de werkzaamheden behorende bij het bestieren van een molen, maar ook met het gedrag van hun zoon Jacob. In 1741 wordt hij gearresteerd omdat hij plaatsgenoot Adam Everse steekt met een mes, terwijl die bij een herberg staat te plassen. Het Hof van Gelre neemt dit zo serieus, dat de familie Wacker uit het rechtsgebied van dit Hof wordt verbannen.
Hertrouwende weduwes van Van Altena
Voorvaderen van de kruideniersfamilie Van Altena, bekend van de Jumbo in Hoevelaken – in de volksmond van diverse oud-Hoevelakers nog altijd VIVO – zijn molenaar van 1830 tot 1890. Hendrik van Altena wordt als molenaar genoemd in 1830. Hij overlijdt in 1847, waarna zijn vrouw, Dirkje van Egdom, hertrouwt met Gerrit Bakker, een man uit een molenaarsfamilie uit Renswoude, die de pacht van de molen overneemt. Diens opvolger wordt zijn stiefzoon Johannes Diederik van Altena, de zoon dus van Hendrik van Altena.
Johannes van Altena is getrouwd met Dirkje Laseur, die na het overlijden van Johannes ook weer aan een molenaar blijft hangen. Dirkje Laseur hertrouwt met Andries de Vries, die de molen runt van 1890 tot 1901. Dat laatste jaartal is een memorabel jaartal in de geschiedenis van de molen, want door een blikseminslag verbranden de molen, een schuur, diverse gereedschappen en een hoeveelheid koren. Met behulp van een aantal molenmakers uit Voorthuizen wordt de molen nog hetzelfde jaar weer opgebouwd en kan Andries de Vries zijn werkzaamheden tot aan zijn overlijden voortzetten.
Zoon Job de Vries neemt de pacht van de molen van zijn vader over en gaat de geschiedenisboeken in als laatste molenaar van Hoevelaken. Op 17 april 1945 wordt de molen door de Duitsers vernield, omdat die in het schootsveld staat van de batterijen, die de op de Westerdorpsstraat opgeworpen barricaden tegen de uit het oosten optrekkende geallieerden moeten verdedigen. In tegenstelling tot 1901 wordt de molen niet opnieuw opgebouwd. De kerktoren, die op dezelfde dag door de Duitsers naar beneden wordt gehaald, wordt wel opnieuw opgebouwd.
De familie van Renger van Deuveren, die muldersknecht is op de molen. De foto is rond 1920 genomen aan de noordkant van de Westerdorpsstraat, op de locatie waar in 2019 de makelaardij is gevestigd. In 1935 verhuist de familie weer naar boerderij Leijenhorst aan de andere kant van de Dorpsstraat
Achter staand: Leida en Ant.
Midden: Aalt, ??, Renger, Dirkje, ?? Arrisje (op schoot), Johan, Elbert en Jans.
Voor op de grond: Gerrit en Evert.
De Hoevelakense molen rond 1930.
Klaas Geerenstein met de es. Het pad liep tot over het spoor naar de koekoeksbosjes.
Klaas Geerenstein was knecht bij Jan Gerritsen op boerderij Leijenhorst. Hij kwam uit een gezin van 21 kinderen. Zijn broers Jan, Marinus en Gijs hebben ook op boerderij Leijenhorst gewerkt.
De familie Geerenstein kwam uit De Valk, gemeente Barneveld.
De Hoevelakense molen rond 1935. (Of misschien 1915, niet goed te lezen).
Geheel links staat het woonhuis van molenaar Andries de Vries. Dit huis was vroeger het oude ‘rechthuis’. In de grote opkamer werd vroeger recht gesproken.
Voor Andries de Vries bewoonde molenaar Gerrit van Altena het huis. Hij was de stiefzoon van Andries de Vries en de voorvader van de latere Van Altena generatie van de VIVO.
Rechts van het woonhuis staat het boerderijtje van Job ter Broek. Rechts van de molen staat de schuur voor graan, meel en paarden.
Rechts Renger van Deuveren, muldersknecht van Job de Vries van de Hoevelakense korenmolen. Naast Renger zit Alie, de dochter van Job de Vries.
Foto gemaakt rond 1939-1940. Ook zou ene Dove Gijs werkzaam zijn geweest als knecht.
Een stevige stroomkabel, verscholen onder een heg aan het Mulderslaantje, herinnert nog altijd aan de aanwezigheid van een molen aldaar.